19 oktober 2022

Collectieve Ambitie 11 oktober 2022

Alle VO- en VSO scholen hebben ondersteuningscoördinatoren, orthopedagogen en brugfunctionarissen (of uit lokaal jeugdteam). Deze functionarissen vormen netwerken binnen de “collectieve ambitie” van het SWV, gericht op leren van en met elkaar.

De eerste bijeenkomst van de Collectieve Ambitie vond plaats op 11 oktober op het Corderius College in Amersfoort; een heel goed bezochte bijeenkomst waar het merendeel van de betrokken VO/VSO-scholen bij aanwezig was. De uitnodiging was verstuurd naar Ondersteuningscoördinatoren, de orthopedagogen en de brugfunctionarissen die binnen onze scholen actief zijn.

Martina Acharrat en Jeanine Voorsluijs, beide actief in de voorbereidingscommissie (waar ook Janske Hofman in participeert) die de bijeenkomsten organiseert, namen het voortouw in deze interactieve bijeenkomst. Het ging vooral over : “Welk beeld heb ik bij die andere school/scholen in ons SWV?”, “Kennen wij elkaar wel voldoende?”, “Hoe krijgen we het woordje Samenwerking (in het woord Samenwerkingsverband) sterker georganiseerd?”

Na een korte up-date van Riemer Poortstra over alle relevante zaken die actueel zijn binnen het samenwerkingsverband (en dus binnen alle schoollocaties), gingen de aanwezigen direct en heel actief met elkaar aan de slag.

Na een uitwisseling (via post-its) van nieuwsgierigheid, vragen, (voor-)oordelen, complimenten etc kregen de vertegenwoordigers van de scholen de gelegenheid om zich, aan de hand van die post-its, te presenteren. Hieronder een beknopte weergave van wat er werd gepresenteerd door de collega’s;

Corderius vertelde dat ze een groot ondersteuningsteam hebben, mede dankzij een MT met een visie. Ze hebben een goed werkend ZIT en merken door de enorme mogelijkheden die het Corderius heeft, ook wel dat daar een populatie op af komt die extra ondersteuningsvragen heeft.

Amsfort richt zich er erg op dat de leerlingen leren plannen en organiseren. Leerlingen moeten voor een deel ook zelf hun uren/lessen inplannen.

Donner: Kleine (vso)school, kleine klassen met veel praktijk. De Donner wil zoveel mogelijk normaliseren: leerlingen laten meedraaien in normale setting. School wil het liefste meer gaan inzetten op traumasensitief lesgeven en daar meer mee aan de slag

’t Hooghe Landt: heeft een Back-up voorziening. Dat loopt goed, de koppeling naar de rest van de school is nog wat moeilijk soms. De school is erg tevreden over de OSJ-er die 16 uur per week aanwezig is in school. (OSJ is de specialistische jeugdzorgmedewerker die onderdeel uitmaakt van het interne zorgteam)

Oostwende heeft ook een OSJ-er op school en is tevreden over het eigen, sterke, zorgteam. Ze werken veel samen met de (jeugdzorg-)voorzieningen binnen het dorp en dat heeft een positief effect.

Element: werkt veel samen met andere scholen en heeft twee Kansklassen. Ze maken ook gebruik van een OSJ-er in school en hebben een groot ondersteuningsteam, na het samengaan van de twee locaties) van maar liefst 11 mensen.

Amersfoortse Berg laten leerlingen zelf hun ondersteuningsvraag bepalen. Veel wordt door de mentoren opgevangen. Ook is de school bezig met de inzet van Junior Coaches en Junior Maatjes: leerlingen die leerlingen begeleiden. De school werkt samen met t Atrium en met het Axia en doet nu ook een eerste stap naar een samenwerking met Bartiméus, waarbij VSO-leerlingen tussentijds terugkeren binnen het reguliere VO.

t Atrium: heeft veel veranderd de laatste jaren. Het ondersteuningsteam is groter geworden, er zijn minder coaches, maar die zijn nu wel beter opgeleid. Ook de samenwerking met VSO (ivm tussentijdse terugkeer) wordt vermeld

Axia: daarvan was alleen de brugfunctionaris aanwezig, die werkte daar nog niet zo lang, en die neemt de vragen mee.

Guido heeft een nieuwe directeur nu. De school is trots op de i-avo klassen, op de samenwerking met externe experts en op de escape-ruimte waar leerlingen een eigen programma kunnen volgen,

De Baander is een kleine school (250 lln) voor praktijkonderwijs. De school is trots op de ruimte (en ondersteuning) die ze kan bieden aan leerlingen om richting een (praktijkschool-)diploma te kunnen komen.

Farel college: mentoren hebben veel uren op deze school. De school is trots op de benaderbare docenten die goed out of the box oplossingen kunnen verzinnen. De school heeft ook een TimeOut-plek voor leerlingen.

Nieuwe Eemland: heeft sinds kort een jongerenwerker op school en dat bevalt erg goed. Die loopt rond in de pauzes en is benaderbaar. De school heeft een ondersteuningscoördinator per afdeling.

Waldheim: de brugfunctionaris van de school vertelt dat het een kleine school is waarbij wordt aangesloten op het systeem van de leerlingen/

Baarnsch Lyceum: heeft een uitgebreid zorgteam, waar de brugfunctionaris een onderdeel van is. De school is trots op de mentortraining en het mentorenhandboek waarin veel informatie staat. Het AOJ-team is erg prettig.

Beekdal: school voor ZML-doelgroep. Beekdal is een veilige, kleine (160 lln) school met veel zorg, ook van andere disciplines. De school wil graag hierover in gesprek blijven met de omringende/ aanleverende scholen en expertise delen.

Element/ taalcentrum: de populatie hier is recent gevlucht uit andere delen van de wereld en dus moet de school erg goed differentiëren om aan te kunnen sluiten bij de behoeften van de leerlingen. Ze hebben een goede kennis van alle scholen in de omgeving omdat leerlingen moeten uitstromen na verloop van tijd.

Pro33: is een praktijkonderwijsschool met een VMBO-kans-klas waar ze erg trots op is. De school werkt veel samen met het Element en met Trivium. De jongerenwerkers in school bieden ook naschoolse activiteiten.

Zie je iets interessants in deze samenvatting? Vraagt je je af: hoe krijg je zo’n jongerenwerker in de school en wat zijn de ervaringen? Zoek dan contact met Het Nieuwe Eemland of Pro33! Of denk je, net als ik: hoe doe je dat dan, met die escape-ruimte? Ga dan in contact met de Guido.

Ben je benieuwd hoe al die initiatieven / interventies mogelijk gemaakt kunnen worden? Welke rol speelt het SWV hierin? Neem dan contact op met Mark van der Plas (m.vanderplas@swveemland.nl). Hij kan de gegevens delen van de contactpersonen en gaat dan met de vertegenwoordigers van de scholen in gesprek om nieuwe initiatieven binnen de VO-scholen verder vorm te geven.

Afgesloten werd met een informele ‘nazit’ waarbij de aanwezigen vooral uitgenodigd (gedwongen?) werden om n.a.v. de presentaties met elkaar ook echt een afspraak te maken om elkaar nog beter te leren kennen.

Het waren twee interessante, actieve uren met de nodige opbrengsten waar we, als collega’s, zeker verder mee kunnen!